Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars door Hem, die ons heeft liefgehad (Romeinen 8: 37)
Het loopt de spuigaten uit
Het is werkelijk onvoorstelbaar, wat mensen elkaar aandoen. Het loopt werkelijk de spuigaten uit. Geleidelijk aan wordt het duidelijk, wat zich aan martelpraktijken heeft voorgedaan, ook namens “beschaafde” landen bij het verhoor van gevangenen: in de Tweede Wereldoorlog, in Oekraïne, in Syrie. We dachten wel eens dat dit iets voor de Middeleeuwen en het verdere verleden was maar helaas: het is nog steeds zo. De berichten spreken duidelijke taal. Het verwijst naar het vele vreselijke dat zich onder de mensen voordoet. Het woordje “alles” uit onze tekst slaat op de woorden, die in de context genoemd worden; verdrukking benauwdheid, vervolging naaktheid, gevaar zwaard.
Maar op Pinksteren (en in deze feestloze periode waarin de Geest van Pinksteren moge waaien) mogen we meer zeggen. De discipelen op het pinksterfeest in Jeruzalem waren zó enthousiast over de overwinning van Jezus Christus, dat buitenstaanders de indruk konden krijgen, dat ze dronken waren. Pinksteren kent iets van de uitbundigheid. Over het enthousiasme mogen we zeggen: HET LOOPT DE SPUIGATEN UIT!
Vanwege die overwinning mogen we zeggen: wij zijn MEER DAN overwinnaars. Ons overwinnaar-zijn is niet gefundeerd op de wisselende stemmingen van onze geest, maar is gefundeerd op Hem, die ons heeft liefgehad. Dat maakt ons tot overwinnaars zelfs op momenten, waarop we dat overwinningsgevoel niet hebben.
(Deze meditatie bevat enkele pinkstergedachten)
